In “Die Alpen” (SAC) van september 2018 verscheen een artikel dat flink te denken geeft.
Een ervaren bergsporter, met onervaren tochtgenoten onderweg, loopt het risico om bij een ongeval als “feitelijke gids” (Führer aus Gefälligkeit : lett. vert. gids uit gedienstigheid, gunst, aardigheid, toeschietelijkheid; gids als vriendendienst, uit hulpvaardigheid) aansprakelijk te zijn. Die verantwoordelijkheid kan je niet ontlopen. Goed om weten.
Na een lawineongeval veroordeelde een Oostenrijkse rechtbank een skiër tot 3 maanden voorwaardelijke gevangenisstraf. Hij veroorzaakte zelf de lawine waarbij hij moest toezien hoe zijn echtgenote - ook met bergervaring - werd meegesleurd. Ze overleefde het ongeval niet. Een vonnis dat wel kritiek kreeg van Alpenclubs en reddingsdienst.
Het bewijst wel dat ook in een groep zonder “officiële” gids of tochtleider iemand de verantwoordelijkheid draagt. Ook zonder dat je er voor aangeduid bent kan je de “feitelijke en verantwoordelijke gids” zijn. Dat is niet enkel in Oostenrijk zo.
De meeste ongevallen gebeuren tijdens privé tochten. De meeste bergsporters zijn immers op eigen risico onderweg. De wet bepaalt dat wie anderen door zijn gedrag in gevaar brengt, eventueel de juridische gevolgen moet dragen. Duidelijk in het wetboek, maar op het terrein tijdens bergtochten ingewikkeld en verwarrend.
De concrete omstandigheden zijn doorslaggevend.
Zelden spreken vrienden onder elkaar vooraf af wie welke rol vervult in de groep. Dan wordt het moeilijk als de situatie vereist dat er een duidelijke leiding voor de groep nodig was. Ook de beslissing om een tocht af te breken hoort daarbij. Pijnlijk wordt het als iemand, tot ieders verrassing, in de rol van “feitelijke gids” terecht komt. Zo gebeurt het wel eens dat iemand die geen opleiding tot gids of tochtleiding volgde na een ongeval strafrechterlijk vervolgd wordt. Er bestaat geen algemene regel voor wie strafrechterlijk of burgerlijk aansprakelijk is. Enkel en alleen de concrete omstandigheden bepalen dat. Voorwaarde voor een strafrechtelijk veroordeling is altijd dat je zondigt tegen de zorgvuldigheidsplicht ( “als een goede huisvader”). Daarbovenop komt altijd nog de burgerlijke aansprakelijkheid : wie betaalt schadevergoeding aan wie, wie betaalt de reddingskosten, .... ?
Bergervaring is doorslaggevend, niet bv. leeftijd.
“Is een groep met gelijkwaardige tochtpartners onderweg en worden de beslissingen gemeenschappelijk genomen, dan is er in regel geen feitelijke gids” (F.Jelk, officier van justitie, Wallis). Maar, heeft één van de tochtgenoten meer ervaring dan alle andere, dan gebeurt het wel dat die - bewust of onbewust - de rol van feitelijke gids op zich neemt. Daarmee neemt die ook de juridische verantwoordelijkheid op zich. Zeker als de andere groepsleden zijn/haar richtlijnen volgen en daar op vertrouwen. Hij/zij moet dan zorgvuldig de nodig voorzorgsmaatregelen nemen. De leeftijd is hier helemaal niet belangrijk. Neem je de rol van feitelijk gids op, dan moet je ook alle info over de tocht geven en alle maatregelen nemen die ook van een berggids of tochtleider verwacht worden. Het weerbericht en lawinebericht raadplegen, een goede tochtplanning maken, uitrusting nazien, duidelijk maken wat er gaat komen en heldere richtlijnen geven, zijn daar voorbeelden van. Doorslaggevend is hoeveel vertrouwen de minder ervaren tochtgenoten hebben in de feitelijke gids. Daarom is het een goed idee dat de feitelijke gids zijn/haar competentie en zijn/haar grenzen duidelijk maakt. Wel moet er een beduidend niveau verschil zijn wil je de feitelijke gids zijn.
“Feitelijke gids”, een opportuniteit.
De feitelijke gids wordt meestal niet bewust door de groep aangeduid. Dikwijls blijkt het tijdens de tocht of zelfs pas achteraf, dat iemand van de tochtgenoten veel meer ervaring heeft en de anderen - bewust of onbewust - hem/haar vertrouwden en geluisterd hebben. Voor de rechtbank kan iemand hoe dan ook de feitelijke gids zijn los van het feit of hij/zij bewust daarvoor aangeduid werd of niet. Ook tijdens een vriendentocht kan de meest ervaren tochtgenoot zijn verantwoordelijkheid niet ontlopen. Maar het is nu ook weer niet nodig om te “blokkeren” uit angst de feitelijke gids te zijn. Merk je tijdens een tocht dat je met afstand de meest ervaren deelnemer bent of als de groep je als gids aanduidt, dan neem je ook best die rol bewust op. Als dit duidelijk is, dan zal in een uitzonderlijke situatie de slagkracht en dus ook de veiligheid voor heel de groep beduidend verbeteren.
En wat als één van de tochtgenoten zich verzet tegen een beslissing van de feitelijke gids, bijvoorbeeld de tocht afbreken ? Een moeilijke situatie die gelukkig zelden voorkomt. Heel belangrijk in zo’n geval is dat je dan als feitelijke gids voor iedereen goed hoorbaar die persoon duidelijk terecht wijst en daarna zijn eigen besluit consequent uitvoert. In dit voorbeeld : terugkeren. Gaat de andere dan toch door, is dat zijn verantwoordelijkheid. Als het nodig is kunnen de anderen dat bevestigen.
Die unsichtbare Last der Routiniers. T. Dätwyler. Die Alpen SAC 9/2018
Vert. Dirk M.
Wat moeten we hier nu van denken?
Als je dit leest, samen met heel wat besprekingen van vonnissen in bv. Bergundsteigen of AnalyseBerg, dan zou je wel twee keer nadenken om nog op tocht te gaan. Overigens worden af en toe vonnissen door andere juristen fel bekritiseerd. Daar heb je weinig aan als je voor een veroordeling staat.
Wat te doen ? Eerst en vooral twee keer nadenken !
Begin met je vooraf in te dekken : zorg dat je goed verzekerd bent en iedereen die met je mee gaat. Met de BS- bergsport verzekering “Burgerlijke Aansprakelijkheid” ben je verzekerd tegen schadeclaims en met verzekering “Lichamelijke ongevallen” is de nood om ev. zelf schadeclaims in te dienen al minder groot. Let wel : de verzekering verzekert nooit een straf die door een strafrechter is opgelegd.
Wat in deze tekst heel belangrijk is, is wel dat de feitelijke gids beduidend meer ervaring moet hebben dan de tochtgenoten. Evenwaardige kameraden zijn dan ook gelijk verantwoordelijk.
• Hoe blijkt dat ? Je kan alvast samen alle facetten van de tocht voorbereiden, ieder heeft gelijk vetorecht, afwisselend sporen of alternerend klimmen, gemeenschappelijk beslissen ...
• Wat doe je best niet ?
▸ De eerste de beste meenemen op tocht, iemand die je in de hut aanspreekt bv. en dan blijkt het een knoeier te zijn.
▸ Wat vrienden, collega’s, je lief ... “eens op een tocht meenemen”. Dan ben je zonder meer de feitelijke gids. Doe je dat toch, let dan extra op de zorgvuldigheidsplicht. “Volgers” hebben de neiging een blind vertrouwen te hebben in de “feitelijke gids”
▸ Laat je nooit - NOOIT ! - betalen om een tocht te leiden. Je sluit dan een contract af en zet jezelf op het niveau van een beroepsgids. Je staat garant voor een veilige tocht en die zekerheid kan je niet bieden. De beroepsgids trouwens ook niet.
▸ Een heel delicate situatie : je ontmoet bergsporters die duidelijk slecht uitgerust zijn, voortdurend fouten maken ... : de kroniek van aangekondigde problemen. De andere kant opkijken? Moeilijke situatie. De basisregel is wel dat je ze waarschuwt, dat je ongelukken tracht te voorkomen. Maar je bent geen politieagent die wat kan verbieden, mensen kan terugsturen en opmerkingen worden niet altijd in dank aanvaard. Je bent niet verplicht om zo iemand op sleeptouw te nemen. Best niet doen, anders wordt je “feitelijke gids” en neem je ook de verantwoordelijkheid op. Hoe je hierop echt reageert hangt weer van de situatie af : gezond verstand gebruiken! Gebeurde er effectief een ongeval, dan ben je verplicht om te helpen. Doe wat je aankan, breng jezelf niet in gevaar, maar verwittig minstens de bergredding.
Een dramatische situatie die zuur kan opbreken : enkele onafhankelijke, maar ervaren cordées sluiten zich aan om samen een moeilijke situatie te overwinnen, zoals snel afdalen voor slecht weer. Zo is er ooit een klimmer veroordeeld die als eerste aan een abseilhaak kwam, een stelling installeerde, de volgende cordées liet abseilen, en dan loopt het mis.
Via dit laatste voorbeeld keren we terug naar het eerste uit het artikel. Vermits het een over een lawineongeval gaat, heb ik het standaardwerk van Werner Munter “3x3Lawinen, Risikomanagment im Wintersport” geraadpleegd. Ter overweging enkele vrij vertaalde citaten die in grote lijnen ook in de zomer opgaan.
▸ Er kan enkel sprake zijn van nalatigheid als het gevaar ook te voorzien en dus ook te vermijden was. Maar vergissingen of verkeerde inschatting op zich zijn niet strafbaar. Een goede voorbereiding verwaarlozen is dat wel.
▸ Onzekere situaties zijn in de winter de normale toestand. De grens tussen “gevaarlijk” en “zeker” is vaag en hangt af van de omstandigheden en de ervaring.
▸ (evenwaardige) tochtgenoten vormen een “gevarengemeenschap” waar ieder voor zichzelf verantwoordelijk is ... Hier speelt de “zelf-verantwoordelijkheid.”
Gevaar is tenslotte ingebakken in alpinisme, hoogtoeren en zelfs bergwandelen. Bergsport is een risicosport, het risico is nooit nul. Niet bij elk ongeval hoort dan ook een “schuldige”.
Of de rechter er ook zo over denkt ... ?
Daarmee zijn we terug bij de start : elk geval is anders, de concrete situatie is bepalend.
Dirk M.
En hoe kijkt men in Frankrijk er tegen aan ? Niet anders. Haal je beste Frans boven en neem de moeite om dit uit te kijken : http://www.telegrenoble.net/replay/grand-air_9/grand-air-16-avril-2018_x6hxkwi.html